Brussel is op enkele uitzonderingen na volledig zone 30 sinds 1 januari 2021. Onze hoofdstad is niet de enige die de stap gezet heeft. Ook in andere steden als Antwerpen, Brugge, Charleroi, Doornik, Gent, Leuven enz. zijn er zones 30. Nochtans is niet iedereen even enthousiast... Voor sommigen is deze maatregel te beperkend, anderen zijn juist voorstander. Maar waarom is ‘stad 30’ er gekomen?
1. Verkeersveiligheid
De snelheidslimiet van 30 km/u moet zorgen voor minder ernstige ongevallen en moet dus levens redden.
Tegen 30 km/u hebben bestuurders:
- meer mogelijkheden om te anticiperen
- beter gezichtsveld
- meer tijd om te reageren op een obstakel
- kortere remafstand
2. Minder geluidsoverlast
Door de snelheid te verlagen van 50 naar 30 km/u in de stad, wordt de geluidshinder van het wegverkeer gehalveerd. Afhankelijk van het type wegdek wordt het geluidsniveau gereduceerd tot 2,5 à 3,9 dB(A). De levenskwaliteit in de stad wordt daardoor een pak beter.
3. Lagere CO2-uitstoot
De lagere CO²-uitstoot is waarschijnlijk één van de meest controversiële punten. Sommigen zeggen dat een zone 30 de vervuiling vermindert, anderen zeggen het tegenovergestelde. Rijden tegen 30 km/u op de hoofdwegen kan inderdaad vervuilender zijn, maar de snelheidsbeperking geldt vooral in straten waar het verkeer vaak onderbroken wordt (bijvoorbeeld door oversteekplaatsen voor voetgangers, voorrang van rechts of verkeerslichten). De snelheid is er dus niet constant. Rijden met een snelheid van 30 km/u is minder vervuilend dan een constant wisselende snelheid.
4. Stimulans voor alternatieve mobiliteit
Door de snelheid in de stad te beperken tot 30 km/u wil de Brusselse regering mensen aanmoedigen om andere vervoersmiddelen te kiezen, zoals het openbaar vervoer of zachte mobiliteit (wandelen of fietsen). Het uiteindelijke doel? Minder autoverkeer in de stad.